1. Introductie
Dit jaar zult u met enige regelmaat een NAI nieuwsbrief in uw mailbox aantreffen. In december 2012 heeft u daarvan al een voorproefje ontvangen. Thans ziet u de eerste officiële NAI nieuwsbrief. We hopen u hiermee op de hoogte te houden van zaken die op het gebied van arbitrage spelen zoals bijvoorbeeld toekomstige ontwikkelingen op het gebied van de herziening van het arbitragerecht. Voorts verzorgt het NAI opleidingen, lezingen en de bijeenkomsten van NAI Jong Oranje in het kader van het bevorderen van arbitrage in het algemeen. Om zo goed mogelijk in te spelen op uw wensen, ontvangt het NAI graag suggesties voor de inhoud van de nieuwsbrief.
Het NAI secretariaat hoopt ook dit jaar weer op een prettige samenwerking en wenst u een prachtig 2013!
2. Verslag NAI Jong en iets Ouder Oranje d.d. 13 december 2012
Op 13 december 2012 vond de jaarlijkse bijeenkomst van NAI Jong en iets ouder Oranje plaats. NautaDutilh was zo gastvrij om in Amsterdam een zaal ter beschikking te stellen en tevens een welkomstdrankje en borrel achteraf aan te bieden.
Gerard Meijer heette namens NautaDutilh de gasten welkom, Bas van Zelst viel dezelfde eer te beurt namens de werkgroep van NAI Jong Oranje.
De spreker van de avond, Daan Asser, gaf aan dat hij was “ontwaakt uit de slaapstand”. In de tijd dat hij raadsheer in de Hoge Raad was is hij namelijk niet als arbiter opgetreden. Dit belette hem nu echter niet om te spreken over “De arbiter als rechter tussen partijen”.
Tijdens de lezing ging hij in op de rechtsverhouding tussen arbiters en partijen. Hierbij maakte hij een vergelijking tussen de rol van de arbiter ten opzichte van partijen en de rol van de rechter ten opzichte van partijen. In tegenstelling tot een procedure bij de rechtbank kunnen partijen in arbitrage de procedure grotendeels inrichten zoals ze willen. Partijen kunnen gezamenlijk een procesorde opstellen en de arbiter dient zich hieraan te conformeren volgens Daan Asser. Dit hangt samen met het feit dat tussen partijen en arbiter een wederkerige overeenkomst wordt gesloten en de arbiter direct wordt betaald door partijen. Dit brengt met zich mee dat de verhouding van een arbiter anders is ten opzichte van partijen dan die van een rechter. Een arbiter heeft bijvoorbeeld minder dwangmiddelen tot zijn beschikking. Volgens Daan Asser maakt dit de arbiter “tandeloos”. Arbitragereglementen bieden echter duidelijke richtlijnen voor zowel arbiters als partijen waardoor de arbiter weer van wat meer tanden zou zijn voorzien.
Ook kwam de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de arbiter aan bod. Bij de overheidsrechter kan de rechter achter gesloten deuren de afweging maken of hij een zaak kan behandelen of dat zijn onafhankelijkheid en onpartijdigheid niet is gewaarborgd. Arbiters krijgen echter voorafgaand aan hun benoeming de gelegenheid om eventuele zaken die twijfel kunnen veroorzaken omtrent zijn onafhankelijkheid en onpartijdigheid voor te leggen aan partijen. Ook gedurende de procedure dienen arbiters mogelijke betrokkenheid te disclosen. Partijen kunnen dan zelf bepalen of dat een reden is om een arbiter te wraken.
Wraking wordt ook wel als strijdmiddel ingezet. Dit kan ertoe leiden dat de betreffende arbiter, maar ook rechter, minder onbevangen ten opzichte van de wrakende partij staat. Volgens Daan Asser wordt hierdoor de oorspronkelijke waarborg van de wraking – de onbevangenheid van de arbiter/rechter ten opzichte van partijen waarborgen – onderuit gehaald. Daarbij komt dat indien de wraking ongegrond is en de arbiter of rechter zich niet terugtrekt, de wraking toch zou kunnen doorwerken in het oordeel.
Dat uiteindelijk verschillend gedacht kan worden over onder andere de rol van de arbiter in het vaststellen van de procesorde, bleek uit het debat dat aan het einde van de lezing ontstond.
Voordat de zeer geslaagde borrel van start ging, bedankte Fredy von Hombracht-Brinkman de spreker en gastheer. Ook kondigde ze aan dat de Orde van Advocaten het NAI blijft erkennen als opleidingsinstituut, zodat voor de NAI arbiteropleidingen PO-punten mogen worden gegeven en deelde zij mede dat de NAI nieuwsbrief verzonden zal worden, waarvoor input altijd welkom is.

3. Wijziging NAI administratiekosten
Sinds 2001 zijn de administratiekosten behorende bij financiële belangen tussen € 50.000,- en € 5.000.000,- niet meer gewijzigd. Per 1 januari 2013 is daar verandering in gekomen. Klik op de link voor de nieuwe administratiekosten.
4. Wijziging griffierecht
Per 1 januari 2013 is het griffierecht voor het deponeren van een arbitraal vonnis verhoogd van € 114,- naar € 117,-.
5. NAI opleidingen
In 2013 wordt de Basiscursus voor arbiters opengesteld voor alle juristen. Na het volgen van deze cursus worden PO-punten verstrekt nu het NAI een erkende opleidingsinstelling is. De eerstvolgende cursus zal op 13 februari 2013 worden gegeven. De kosten bedragen € 495,= (exclusief BTW). Volledigheidshalve wordt opgemerkt dat NAI-arbiters met voorrang geplaatst zullen worden. Aanmelden kan door middel van dit aanmeldformulier.
6. Agenda
13 februari 2013: NAI Basiscursus, Rotterdam, ten kantore van het NAI, van 9:45 tot 17:10 uur.
12 december 2013: Eindejaarsbijeenkomst NAI – NAI Jong Oranje. Locatie, tijdstip en spreker worden t.z.t. bekendgemaakt.
7. Uit de praktijk
Een arbitrage vangt aan met het indienen van een arbitrageaanvraag. Onder het mom van ‘een goed begin is het halve werk’ volgen hieronder enige aandachtspunten.
Het in behandeling nemen van een arbitrageaanvraag verloopt vlot als alle benodigde gegevens (correct) worden aangeleverd. Daarvoor kan men het aanmeldformulier gebruiken. Het NAI secretariaat ontvangt regelmatig arbitrageaanvragen waarin bijvoorbeeld geen of onjuiste contactgegevens staan vermeld, bijlagen ontbreken of die niet in de juiste taal zijn opgesteld.
De arbitrageaanvraag dient de gegevens te bevatten die staan vermeld in artikel 6 lid 3 van het NAI Arbitragereglement (op te vragen met dit formulier).
Voorts ontvangt het secretariaat van het NAI graag een afschrift van de volledige tussen partijen gesloten overeenkomst waarin het arbitraal beding is opgenomen.
Indien partijen reeds afspraken omtrent de taal hebben gemaakt en deze zijn vastgelegd, dan ontvangt het NAI graag de arbitrageaanvraag in die betreffende taal.
Tot slot kan het praktisch zijn om reeds bij het indienen van de aanvraag de eventuele voorkeur van partijen voor het aantal arbiters en een specifieke hoedanigheid van arbiters aan te geven. De verwerende partij kan in het korte antwoord haar zienswijze neerleggen. Daarna zal zo spoedig mogelijk een arbiterlijst worden toegezonden, of een andere tussen partijen overeengekomen wijze van benoeming worden voortgezet.
1. Introduction
This year you will regularly receive a NAI Newsletter in your mailbox. In December 2012, you may already have received a sneak preview. You are now reading the first official NAI newsletter. We hope to keep you informed concerning current matters in the field of arbitration, such as future developments in the revision of the arbitration law. Furthermore, the NAI provides trainings, lectures and meetings of NAI Jong Oranje in the context of promoting arbitration in general. In order to best respond to your needs, the NAI would gladly receive your suggestions about the content of the newsletter.
The NAI Secretariat hopes this year for a pleasant collaboration and wishes you a wonderful 2013!
2. Report NAI Young and a little older Oranje dated December 13, 2012
On 13 December 2012, the annual meeting of NAI Young and a little older Oranje took place. NautaDutilh was so hospitable to make a room available in Amsterdam, as well as to offer a welcome drink and drinks afterwards.
Gerard Meijer welcomed the guests on behalf of NautaDutilh; Bas van Zelst had the same honour on behalf of the workgroup for “NAI Jong Oranje”.
The speaker of the evening, Daan Asser, said that he was “awakened from sleep mode.” During the time that he was Counsellor of the Supreme Court, he did not act as arbitrator. This did not prevent him speaking about “The arbitrator as judge between the parties”. During the lecture he spoke about the legal relationship between arbitrators and parties. Here he made a comparison between the role of the arbitrator in relation to the parties and the role of the judge with respect to parties. In contrast to a court procedure, in arbitration the parties can largely organize the procedure as they wish. Parties can jointly draft the procedural order and the arbitrator must comply, according to Daan Asser. This is due to the fact that the parties and arbitrator have closed a mutual agreement and the arbitrator is paid directly by the parties. This also implies that the relationship between an arbitrator with respect to the parties is different from that of a judge. For example an arbitrator has less coercive means at its disposal. According to Daan Asser this makes the arbitrator “toothless”. However, Arbitration Rules offer clear guidelines for both arbitrators and parties, which should provide the arbitrator with some more teeth.
Also, the independence and impartiality of the arbitrator was discussed. In the state court, the judge can decide behind closed doors whether he can handle a case or whether his independence and impartiality cannot be guaranteed. However, arbitrators are given the opportunity prior to their appointment for any matters that may cause doubt about his independence and impartiality to be submitted to the parties. Also during the procedure the arbitrators should disclose possible involvement. Parties may then decide whether there is a reason to challenge an arbitrator.
Challenging can also be used as a weapon. This may lead to the respective arbitrator, yet also judge, being less unprejudiced in relation to the challenging party. According to Daan Asser this causes the initial warranty of the challenge – guaranteeing the objectivity of the arbitrator/judge in relation to the parties – to be undermined. Moreover, if the challenge is unfounded and the arbitrator or judge does not withdraw, the challenge could still continue to work into the judgment.
The discussion that arose at the end of the lecture revealed that ultimately among other things, there can be different views on the role of the arbitrator in determining the procedural order.
Before the very successful drinks started, Fredy von Hombracht-Brinkman thanked the speaker and host. She also announced that the Bar Association will continue to recognize the NAI as a training institute, so that for the NAI arbitrator training PO points may be given and she announced that the NAI newsletter will be sent, for which input is always welcome.

3. Amended NAI administration costs
Since 2001, the administration costs associated with financial interests between € 50,000.- and € 5,000,000.- have not changed. On 1 January 2013, this was amended. This link will take you to the new administration costs.
4. Amended Registry costs
As of 1 January 2013, the registry fee for depositing an arbitral award has increased from € 114.- to € 117.-.
5. NAI training
In 2013, the Basic Course for arbitrators will be opened to all lawyers. After attending this course, PO points will be given, now that the NAI is a recognized training institute. The next course will be given on February 13, 2013. The costs are € 495.= (VAT excluded). For the sake of completeness, it should be noted that NAI arbitrators will be given priority. To register fill in the registration form.
6. Calender
13 February 2013: NAI Basic Course, Rotterdam, at the offices of the NAI from 9:45 h. to 17:10 h. (course will be in the Dutch language).
12 December 2013: End of Year meeting NAI – NAI Jong Oranje. Location, time and speaker will be published in due course.
7. Practical examples
Arbitration commences by filing a request for arbitration. Under the pretext of ‘well begun is half done’ follow some points here below.
A request for arbitration can be handled quickly if all required data is provided (correctly). A registration form can be used for this. The NAI Secretariat often receives requests for arbitration where for example no or incorrect contact details are listed, attachments are missing or are not drafted in the correct language.
The request for arbitration should contain the information as listed in Article 6, paragraph 3, of the NAI Arbitration Rules (can be requested via this form).
Furthermore, the Secretariat would like to receive a copy of the entire agreement between parties containing the arbitration clause. If parties have already agreed on the language and this has been confirmed, then the NAI should receive the request for arbitration in that particular language.
Finally, it can often be more practical, when filing a request, to already indicate the possible preference of parties to the number of arbitrators and specific capacity of arbitrators. The defendant may submit its views in the short answer. Then a list of arbitrators will be sent as soon as possible, or other method of appointment as agreed upon between the parties will proceed.
|